BAsisCOmpetenties BEginnende LEerkrachten

Beste 11,

Onlangs heb je de BaCoBeLe-vragenlijst ingevuld. Op basis van je antwoorden krijg je in dit rapport een beeld over hoe je jezelf inschat op basis van een aantal competenties die belangrijk zijn wanneer je aan de slag gaat als leerkracht. Ontdek wat jouw sterktes zijn en aan welke je nog kan werken.

We presenteren de informatie en feedback telkens uitgesplitst volgens Gedrag en Bekwaamheid.

Gedrag: Beschrijft hoe vaak je een bepaalde competentie gebruikt of toepast tijdens het lesgeven.
Bekwaamheid :: Beschrijft hoe bekwaam je jezelf voelt om een competentie te gebruiken of toe te passen tijdens het lesgeven.

De competenties in BaCoBeLe zijn aanvangscompetenties voor beginnende leraren. Ze zijn georganiseerd in functionele gehelen. De figuur hieronder toont alle competenties die BaCoBeLe meet georganiseerd per functioneel geheel (FG).

Navigatie

Het feedback rapport bestaat uit verschillende onderdelen, die elkaar logisch opvolgen. Eerst krijg je een overzicht van je belangrijkste sterkten en werkpunten. Vervolgens krijg je een meer globaal overzicht van al jouw basiscompetenties. Ten slotte kan je per basiscompetentie meer gedetailleerde informatie en feedback consulteren. Via het navigatiemenu rechts kan je meteen naar een specifiek onderdeel van het rapport navigeren.

1 Jouw sterktes en werkpunten

Instructies

In dit onderdeel presenteren we de drie basiscompetenties waarin je (volgens jezelf) het sterkst bent en de drie basiscompetenties waarin je nog het meest kan groeien. Wanneer je meer dan drie competenties ziet betekent die dat je voor minstens twee competenties een zelfde score behaalde.

2 Overzicht van al jouw basiscompetenties

Instructies

In dit onderdeel presenteren we een overzicht van al jouw basiscompetenties, uitgeslpitst volgens Gedrag en Bekwaamheid. Zo kan je zowel horizontaal als verticaal jouw profiel analyseren.

Horizontaal kan je per competenties nagaan of er grote verschillen bestaan tussen jouw competentieniveau inzake gedrag en bekwaamheid.
Verticaal kan je voor gedrag of bekwaamheid jouw hele profiel inzake basiscompetenties analyseren.

3 Toelichting bij individuele competenties

Instructies

In dit onderdeel geven we je per basiscompetentie meer gedetailleerde informatie:

Omschrijving geeft een beschrijving van de basiscompetentie
Score geeft jouw score voor deze competentie in de vorm van een percentage. Een kleurcodering helpt je deze score interpreteren. De tabel hieronder licht de kleurcodering toe
Feedback geeft een analyse van jouw score.

Score	Waardering	Omschrijving
81-100%	Zeer goed	Je beheerst de basiscompetentie al uitermate goed.
61-80%	Goed bezig	Je beheerst deze basiscompetentie goed, maar je kan er nog sterker in worden.
41-60%	Op weg	Je beheerst deze basiscompetentie net voldoende. Er is dus zeker nog ruimte voor verbetering.
0-40%	Werkpunt	Je beheerst deze competentie nog onvoldoende. Probeer hierin te groeien.

3.1 Zorg voor elke leerling

	Omschrijving
	De mate waarin jij zorg draagt voor het welbevinden van de leerlingen in de klas en daarbij rekening houdt met zowel de cognitief mogelijkheden als de eigenheid van de leerling.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	80	Je hebt van de meeste leerlingen een goed zicht op sterktes en zwaktes en schenkt regelmatig aandacht aan hun welbevinden.
Bekwaamheid	63	Je voelt je voldoende bekwaam om rekening te houden met de eigenheid (verschillende sterke en minder sterke punten, gevoelens enzovoort) van iedere leerling. Toch merk je dat je in je bekwaamheid gevoel hieromtrent nog kan groeien. Daarnaast voel je je soms vaardig om enerzijds actief een positieve relatie op te bouwen met iedere leerling en anderzijds leerlingen te stimuleren om positief met elkaar in interactie te gaan.

3.2 Betrokkenheid en flexibiliteit

	Omschrijving
	De mate waarin jij aandacht hebt voor het motiveren van leerlingen, via het zorgvuldig bepalen van de leerinhoud en werkvormen en de mate waarin jij flexibel omgaat met lesvoorbereidingen.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	80	Je probeert om vaker te variëren in werkvormen en ruimte te maken voor inbreng van de leerlingen tijdens de lessen. Je stemt de leerinhouden goed af op de leerlingen en selecteert goede werkvormen om aan deze leerinhouden te werken Als je dit nog vaker doet, is dat heel motiverend voor je leerlingen
Bekwaamheid	76	Je voelt je voldoende bekwaam om flexibel om te gaan met lesvormen, zodat deze ten allen tijden zijn aangepast op de lessituatie. Toch merk je op dat je in je bekwaamheid gevoel hieromtrent nog kan groeien. Daarnaast voel je je het merendeel van de tijd capabel om leerlingen tijdens de les te betrekken en hen te motiveren.

3.3 Differentiatie

	Omschrijving
	De mate waarin jij differentieert in de klas, op vlak van inhoud en tempo en hierdoor erin slaagt alle leerlingen positief uit te dagen.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	52	Je probeert te differentiëren in doelen en inhoud en houdt rekening met verschillen tussen leerlingen bij het geven van opdrachten. Weet dat dit, als je hier nog meer op inzet, zal zorgen voor een positieve leeruitdaging bij al je leerlingen.
Bekwaamheid	44	Je voelt je niet onbekwaam, maar zeker ook niet bekwaam, om zowel voor (bv. vastleggen van doelen) als tijdens (bv. aangepaste ondersteuning bieden) de les rekening te houden met de verschillen tussen leerlingen, door hen inhouden en begeleidingen aangepast op het eigen niveau aan te bieden.

3.4 Actualiteit en diversiteit

	Omschrijving
	De mate waarin jij je leerinhouden en didactisch materiaal selecteert, rekening houdend met de diversiteit (sociaal-culturele achtergrond) en leefwereld van de leerlingen en gebruik makend van elementen uit de actualiteit.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	90	Wanneer je leerinhouden en didactische materialen selecteert, hou je rekening met de diversiteit en leefwereld van je leerlingen. Bovendien speel je vaak in op de actualiteit.
Bekwaamheid	75	Je voelt je bekwaam om vanuit meerdere bronnen de actualiteit, interesses en achtergronden van je leerlingen te integreren in jouw lessen (bv. door gepast ondersteunend materiaal te gebruiken dat aansluit op de leefwereld van je leerlingen). Daarnaast voel je vaardig om diversiteit binnen de leerlingengroep enerzijds en binnen de maatschappij anderzijds bespreekbaar te maken.

3.5 Ordehandhaving

	Omschrijving
	De mate waarin jij er in slaagt zijn klas in de hand te houden en storende gedragingen in de kiem te smoren en de mate waarin jij waarden zoals verantwoordelijk en respect aan jouw leerlingen bijbrengt.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	88	Je hebt de klas in de hand en kan gepast ingrijpen wanneer dit nodig is.
Bekwaamheid	92	Je voelt je bekwaam om de orde tijdens de lessen actief en zelfzeker te bewaken, door bijvoorbeeld te reageren op ongepast taalgebruik. Daarnaast voel je je capabel om waarden zoals verantwoordelijkheid en respect over te dragen naar jouw leerlingen.

3.6 Evaluatie

	Omschrijving
	De mate waarin jij aandacht hebt voor evaluatie in de klas, de vorderingen van de leerlingen opvolgt en feedback geeft aan de leerlingen.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	60	Je probeert in te schatten of je leerlingen hun doelen bereikt hebben maar je slaagt daar niet altijd in. Bovendien lukt het je niet altijd om bepaalde prestaties van je leerlingen te verklaren. Probeer om af en toe wat variatie te brengen in je evaluatievormen en je leerlingen te voorzien van zinvolle feedback.
Bekwaamheid	47	Je voelt je niet vaak bekwaam in het evalueren van leerlingen, door gebruik te maken van verschillende evaluatiemethodes die verschillende niveaus van beheersing meten. Daarnaast voel je je het merendeel van de tijd niet vaardig om na evaluaties leerlingen te voerzien van een gepaste verklaring met bijhorende feedback.

3.7 Reflectie op didactisch handelen

	Omschrijving
	De mate waarin jij reflecteert op jouw eigen lesgeven.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	80	Na een les sta je regelmatig bewust even stil bij wat er goed en minder goed verlopen is. Je denkt dan kritisch na over hoe het beter had kunnen verlopen en probeert je functioneren als leerkracht te verbeteren.
Bekwaamheid	72	Je voelt je het merendeel van de tijd bekwaam om na de les kritisch in beeld te brengen wat goed en minder goed verliep, waarom dit zo was en hoe je het in de toekomst nog beter kan aanpakken.

3.8 Communicatie met ouders

	Omschrijving
	De mate waarin jij communiceert met ouders en de mate waarin jij op een bevattelijke manier informatie geeft over hun kind.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	20	Het lukt je vaak niet om ouders op een bevattelijke manier informatie geven over hun kind. Vooral het aangaan van verschillende soorten gesprekken lukt je nog niet.
Bekwaamheid	67	Je voelt je weinig bekwaam om (pro)actief constructief met ouders in gesprek te gaan, ongeacht het onderwerp (bv. slechtnieuwsgesprek). Hierbij voel je je ook niet capabel om informatie verstaanbaar aan de ouders over te brengen.

3.9 Reflectie met anderen

	Omschrijving
	De mate waarin jij met anderen, bijvoorbeeld met collega’s, reflecteert over jouw handelen in de klas.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	65	Je wisselt vooral ervaringen met je collega's uit en bespreekt dan ook problemen. Af en toe reflecteer je ook samen over je handelen in de klas. Je houdt rekening met hun feedback hierover.
Bekwaamheid	85	Je voelt je het meest van de tijd bekwaam om zowel positieve als negatieve ervaringen uit de eigen les(sen) met collega’s te bespreken, van hieruit samen opzoek te gaan naar hoe het in de toekomst nog beter kan en deze inzichten gebruiken in de volgende les(sen).

3.10 Bewustzijn en verantwoording

	Omschrijving
	De mate waarin jij een verantwoorde onderwijsstijl ontwikkelt, rekening houdend met maatschappelijke en actuele thema’s.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	84	Je bent bewust bezig met het ontwikkelen van een eigen onderwijsstijl die zowel past bij de school en haar omgeving als bij de actuele maatschappelijke thema's.
Bekwaamheid	76	Je voelt je bekwaam om bewust in jouw rol als leerkracht te staan en dit met een eigen onderwijsstijl die je kan verantwoorden. Daarnaast ben je op de hoogte van de onderwijskundige en maatschappelijke actualiteit en heb je hierover een eigen en gefundeerde mening.

3.11 Vernieuwing

	Omschrijving
	De mate waarin jij op de hoogte blijft van vernieuwingen en deze te integreert in jouw lessen.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	25	Je probeert haast nooit nieuwe (pedagogische) inzichten uit in de klas tenzij die worden opgelegd door de directie. Je gaat er dan ook zelf niet actief naar op zoek.
Bekwaamheid	35	Je voelt je weinig bekwaam om bewust en actief op zoek te gaan naar nieuwe onderwijskundige praktijken en deze uit te proberen in je les(sen). Vervolgens voel je je niet echt vaardig om na te gaan of deze nieuwe praktijken voor herhaling vatbaar zijn.

3.12 Lid van het schoolteam

	Omschrijving
	De mate waarin jij samenwerkt en overlegt met collega’s en bijdraagt aan de groepsgeest binnen het lerarenteam.

Competenties	Score	Feedback
Gedrag	80	Je kan meestal goed samenwerken met je collega's en je vraagt hen regelmatig om advies. Probeer om ook actief je steentje bij te dragen om de groepsgeest fijn te houden.
Bekwaamheid	85	Je voelt je het meest van de tijd bekwaam om actief deel te nemen als lid van het schoolteam. Dit vertaalt zich in een houding waarin je open staat om collega’s te aanhoren en bij hen hulp te zoeken omdat het moet.